Mét Christus ben ík gekruisigd... Opvallende woorden. Van Paulus. Hij schrijft dat hij met Christus is mee-gekruisigd. Hoe kan dat? Paulus was op het moment van de kruisiging nog niet eens in beeld. Trouwens, wat bedoelt hij met: ... en toch leef ik? (1)

Kort gezegd, dit is het, waarvoor Jezus stierf. Hij nam met zich de schuld van de zonden mee naar het kruis. In Hem gingen wíj naar het kruis. En Paulus. En... Als vergelding. Daarin werden wij met Hem ‘mee-gekruisigd’ (1). Jezus’ offer werd ons offer! Dat had een ingrijpend gevolg.

Door zijn opstanding gaf Hij ons eveneens het recht om met Hem mee op te staan. Natuurlijk straks bij zijn terugkomst, maar ook nu al, in het opstaan in een nieuw leven (2). Om, samen met Hem nieuwe mensen te zijn. Mensen, bij wie hun ‘IK’ - degene die we van nature zijn - onze ‘oude mens’ - gestorven is. Zodat die niet langer de weg bepaalt en de leiding heeft in ons leven (3).

We mogen mensen zijn, wier karakter, ideeën en verlangens ondergeschikt zijn geworden aan hun nieuwe-mens-zijn. Met nieuwe gedachten, woorden en daden. Zodat Hij in ons leven te zien is. Mensen die worden als Hij (4). Dat kán!

Wanneer Hij in je woont

Dat kan door het geloof in Jezus. Daardoor kan de Heilige Geest in ons gestalte geven aan die nieuwe mens die met Jezus is verbonden (5). Die gericht is op Hem en zich afhankelijk van Hem stelt. Die leeft vanuit die relatie. Vanuit zijn leiding en vanuit wat Hij aan ons wil doen en ons wil leren.

Die nieuwe mens heeft afgerekend met zijn verleden en met een leven vanuit het natuurlijke. In zijn doen en laten zie je Jezus. Hij is een beeld van Hem (6). Omdat zijn oude ’ik’ met Jezus is mee-gestorven. Hij denkt, handelt en heeft lief als Jezus. Hij of zij is een ‘Jezus-mens’.

Dat word je niet door je best te doen en door te probéren om zo te zijn. Dus niet uit eigen kracht (7). Ook niet vanuit je karakter. Maar door geloof in Jezus. Vanuit overgave aan Hem. Door Hem te volgen, een discipel van Hem te worden en met Hem om te gaan.

Die schept dit leven in je

Je kunt bijvoorbeeld van nature een vriendelijk mens zijn. Dat is prachtig! Maar God wil ons dat laten worden vanuit de vriendelijkheid van Jezus. Die vriendelijkheid is sterker en komt voort uit liefde. Die is ín je, wanneer Hij in je woont (8).

We kunnen erom bidden, zo te worden. Desnoods erom vasten. Bidden dat Gods liefde in ons zal zijn. Dat Hij ons daartoe vervult met zijn Geest. En dat Die ons gaat leiden. Ons ook helpt om te breken met alles wat tegengesteld is aan dat leven uit Hem (3).

Dit is wat Paulus bedoelt, als hij schrijft: Met Christus ben ik gekruisigd, en toch leef ik, (dat is), niet meer mijn ik, maar Christus leeft in mij (1). Dat is echt leven, eeuwig leven! Zoals Paulus schrijft: En voor zover ik nu (nog) in het vlees leef - in dit lichaam leef - leef ik door het geloof in de Zoon van God (9). Die schept dit leven in je. Het leven dat Paulus bedoelt, als hij zegt: ... en toch leef ik! (1)
 

  Print hier uit ...  

Uit de Bijbel:

(1) Galaten 2:20a.
Met Christus ben ik gekruisigd, en toch leef ik, (dat is), niet meer mijn ik, maar Christus leeft in mij.

(2) Romeinen 6:4-6a.
Wij zijn dan met Hem begraven door de doop in de dood, opdat, net zoals Christus uit de doden opgewekt is ..., zo ook wij in nieuwheid van leven zouden wandelen. Want indien wij samengegroeid zijn met hetgeen gelijk is aan zijn dood (= het met Hem ondergaan in de doop - AvdS), zullen wij het ook zijn (met hetgeen gelijk is) aan zijn opstanding (= het met Hem opstaan in een nieuw leven - AvdS); dit weten wij immers, dat onze oude mens mee-gekruisigd is, ....

(3) Efeziërs 4:17.
Dit zeg ik dan ..., dat jullie niet langer mogen wandelen zoals ook de heidenen wandelen, in de ijdelheid van hun denken.

(4) Efeziërs 4:22-24.
Dat jullie ... de oude mens aflegt, ..., dat jullie verjongd wordt door de geest van jullie denken, en de nieuwe mens aandoet, die naar God (= naar het beeld van God - AvdS) geschapen is in waarachtige gerechtigheid en heiligheid. (‘Naar het beeld van God’ lijkt beter te verdedigen dan de toevoeging van de vertalers: ‘naar de wil van God’).

(5) Galaten 4:19.
..., totdat Christus in jullie gestalte verkregen heeft.

(6) Romeinen 8:29.
Want die Hij tevoren gekend heeft, heeft Hij ook tevoren bestemd tot gelijkvormigheid aan het beeld van zijn Zoon, ....

(7) 2 Korintiërs 4:7.
Maar wij hebben deze schat in aarden vaten, zodat de kracht, die alles te boven gaat, van God is en niet van ons.

(8) Galaten 5:22, 24.
... de vrucht van de Geest is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing. ... wie Christus Jezus toebehoren, hebben het vlees met zijn hartstochten en begeerten gekruisigd.

(9) Galaten 2:20b.
En voor zover ik nu (nog) in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en zich voor mij heeft overgegeven.