... tot U komt al wat leeft! Die woorden uit Psalm 65 zijn een openbaring. (1) Zij tonen iets aan. Dit: Als ik tot God kom - naar Hem toega, tot Hem bid, Hem aanbid - is dat een bewijs ergens van. Een bewijs, dat ik leef, echt leef! Dat ik het eeuwige leven heb.

Dat leven heeft Hij in mij gewekt. En dat echte-leven-in-mij wérkt. Het maakt dat ik naar Hem toega, dat ik bij Hem wil zijn en ván Hem wil zijn.  Het maakt dat er een levende band ontstaat tussen Hem en mij.

Dat het er is, is tevens een teken. Een teken, dat Hij mij heeft geroepen en mij heeft erkend en aangenomen als zijn kind. (2)

Voor mij bestemd

Dat echte leven is er ook een teken van, dat het tussen Hem en mij goed is. (3) Dat mijn zonden zijn vergeven en dat ik nog maar één richting in mijn leven ken: naar huis, naar Hem toe. En naar de werkelijkheid van een eeuwigheid in zijn tegenwoordigheid in een eeuwige gemeenschap met Hem.

Ik ben op weg naar de zaligheid waarover Petrus het heeft: Hem (= Jezus Christus - AvdS) hebben jullie lief, zonder Hem gezien te hebben; in Hem geloven jullie, zonder Hem thans te zien, en jullie verheugen je met een onuitsprekelijke en verheerlijkte vreugde, daar jullie het einddoel van het geloof bereikt, dat is de zaligheid van de zielen. (4) Die zaligheid is voor mij bestemd door mijn geloof in Jezus en mijn overgave aan Hem!

Nu al

En als ik nu al bij Hem ben - Hem geregeld in de stilte zoek - gebeurt er nog iets. Ik merk dat ik een geliefde ben! Een geliefde, voor wie Hij alles heeft prijs gegeven - tot het einde toe! (5)

Zo iemand wil ik wel zijn!

Uit de Bijbel: 

(1) Psalm 65:3.
Hoorder van het gebed,
tot U komt al wat leeft!

(2) Johannes 1:12.
Doch allen, die Hem (= Jezus - AvdS) aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen van God te worden, hun, die in zijn naam geloven.

(3) Romeinen 5:1.
Wij dan, gerechtvaardigd uit het geloof (= vanwege ons geloof in Jezus vrijgesproken van de schuld van de zonde - AvdS), hebben vrede met God door onze Heer Jezus Christus!

(4) 1 Petrus 1:8-9.
Hem (= Jezus Christus - AvdS) hebben jullie lief, zonder Hem gezien te hebben; in Hem geloven jullie, zonder Hem thans te zien, en jullie verheugen je met een onuitsprekelijke en verheerlijkte vreugde, daar jullie het einddoel van het geloof bereiken, dat is de zaligheid van de zielen.

(5) Galaten 2:20b.
En voor zover ik nu (nog) in het vlees leef (= in dit lichaam op deze aarde leef - AvdS), leef ik door het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en zich voor mij heeft overgegeven.
    Johannes 13:1.
En vóór het Paasfeest, toen Jezus wist, dat zijn uur gekomen was om uit deze wereld over te gaan tot de Vader (= om te lijden, te sterven, op te staan en terug te gaan naar de hemel - AvdS), heeft Hij de zijnen, die Hij in de wereld liefhad, liefgehad tot het einde (= tot het alleruiterste - AvdS).  

Lees ook:
Meer van God.