Dat is toch een buitengewone gedachte: ‘Jezus woont in mij!’ Zoals Paulus zegt:  Met Christus ben ik gekruisigd, en toch leef ik, (dat is), niet meer mijn ik, maar Christus leeft in mij (1). Of, zoals hij op een andere plaats zegt: Indien Christus in u is, dan... (2).

Met die laatste woorden zegt hij in feite: ‘Vertel eens, woont Christus in je? Want je kunt het weten of Hij in je is. Je kunt de zekerheid hebben, dat Hij in je woont en daar regeert. Dat Hij daar niet alleen is in de zin van: ik denk vaak of voortdurend of regelmatig aan Hem, maar dat je vol van Hem bent en dat Hij in je is, als in een tempel.’

In mijn hart geplant

Maar hoe krijg je die zekerheid? Het antwoord is: Door jezelf eerst af te vragen: ‘Geloof ik in Jezus? Geloof ik dat Hij de Zoon van God is en dat Hij voor mij aan het kruis is gestorven en daarna weer is opgestaan uit de doden?’ (3)

Wanneer je antwoord daarop ‘ja’ is, dan weet je dat Hij in je woont (4). Want Jezus woont in je, door je geloof in Hem. Paulus schrijft: ... opdat Christus door het geloof in uw harten woning zal maken (5).

Dat geloof in Jezus is door de Heilige Geest in je hart geplant. En met het aanvaarden van dat geloof komt niet alleen Jezus in je hart wonen, maar ook de Heilige Geest, die dit geloof in je heeft laten ontstaan (5).

Omgang met Hem

Dit is wat anders dan de vervulling met de Heilige Geest oftewel de doop in de Geest (6). Dat is een gave, een voorziening van God om met kracht een discipel, een getuige van Jezus te kunnen zijn (7). Zoals ook Jezus, nadat God Hem had vervuld met zijn Geest, daardoor in staat was om met grote kracht zijn werk te doen en uiteindelijk voor ons zelfs te lijden en te sterven.

Geloven in Jezus is dus de weg waarlangs Hij in je komt wonen. Daarmee bevestigt Hij dat je een kind van God bent (8) en Hem toebehoort.

Een christen is dus iemand, in wie Jezus woont. Iemand wiens leven bestuurd wordt door de Heilige Geest (9). En die dus dagelijks voor Jezus leeft (10).

Uit de Bijbel: 

(1) Galaten 2:20.
Met Christus ben ik gekruisigd, en toch leef ik, (dat is), niet meer mijn ik, maar Christus leeft in mij.

(2) Romeinen 8:10.
Indien Christus in u is, dan is wel het lichaam dood vanwege de zonde (= dan zal je lichaam wel sterven AvdS), maar de geest is leven vanwege de gerechtigheid (= dan heeft je geest - de innerlijke kant van je persoonlijkheid - eeuwig leven door wat Hij heeft gedaan - AvdS).

(3) Matteüs 16:16.
Simon Petrus antwoordde ...: U bent de Christus, de Zoon van de levende God!

(4) 2 Korintiërs 13:5a.
Stel jezelf op de proef, of je wel in het geloof bent, onderzoek jezelf. Of ben je niet zo zeker van jezelf, dat Jezus Christus in je is?

(5) Efeziërs 3:17a.
Om die reden buig ik mijn knieën voor de Vader, ..., opdat Hij jullie zal geven ... om met kracht gesterkt te worden door zijn Geest in de inwendige mens, opdat Christus door het geloof in jullie harten zal wonen.

(6) Handelingen 1:5.
(Jezus zei:) ... Johannes doopte met water, maar jullie zullen met de heilige Geest gedoopt worden, ...

(7) Handelingen 1:8.
... jullie zullen kracht ontvangen, wanneer de Heilige Geest over jullie komt, en jullie zullen mijn getuigen zijn ...

(8) Johannes 1:12.
Doch allen, die Hem (= Jezus - AvdS) aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen van God te worden, hun, die in zijn naam geloven.

(9) Galaten 5:18.
Indien jullie je echter door de Geest laat leiden, dan zijn jullie niet onder de wet.

(10) 2 Korintiërs 5:15.
... voor allen is Hij gestorven, opdat zij, die leven, niet meer voor zichzelf zouden leven, maar voor Hem, die voor hen gestorven is en opgewekt.