Op uw heil wacht ik, o Heer!
Op uw heil wacht ik, o Heer!
Arie van der Stoep
Soms moeten we zolang wachten, voordat beloften van God in vervulling gaan of dat gebeden worden verhoord. Zo ervaren we dat dan. Vaak hebben we dan een nood of maken we moeilijke dingen mee. Of we verwachten een antwoord van God. Net als Jakob. Hij was een profeet, evenals zijn vader Isaak en zijn grootvader Abraham. Sinds de gebeurtenissen in het paradijs wachtten zij op de vervulling van Gods beloften over redding uit de macht van de dood en uit de onvolmaaktheid van dit aardse bestaan. Over het volk dat geboren zou worden en over verlossing voor heel de aarde. Waar bleef het allemaal? Op uw heil wacht ik, o HEER! riep hij uit (1). Op dat moment was hij met zijn zonen en verdere nageslacht in Egypte, ver van het hun beloofde land. Hij ging sterven en was bezig elk van zijn zonen te zegenen met woorden, hem ingegeven door de Heilige Geest (2). Profetische tijden Zo komt hij bij zijn zoon Dan. Zijn woorden over hem klinken verontrustend. In de geest ervaart hij strijd, gevaar dat zal komen (3). En plotseling, bewogen door Gods Geest, roept hij die woorden van hierboven uit: Op uw heil wacht ik, o Heer! - ‘Kom toch met uw redding en herstel, Heer! Waarom juist bij Dan deze woorden, alsof hij reageert op zijn eigen profetische woorden over hem? Zeker is dat God Jakobs roep heeft beantwoord. Gods heil, Jezus, is gekomen. En nog meer woorden van Jakob worden werkelijkheid. Zoals dit woord over Juda: Silo (een profetische naam voor Jezus) komt, en hem zullen de volken gehoorzaam zijn (4). Ook dit gaat gebeuren. Wij leven in de aanloop daarheen. Dit zijn profetische tijden! Mijn God zal mij horen! Al het kwaad dat om ons heen gebeurt, de toename van vervolging van christenen en de steeds omvangrijker rampen die over de wereld komen, zeggen genoeg. Zelf lopen we maar al te vaak aan tegen het kwade in de harten van de mensen. Ook wij roepen: Op uw heil wacht ik, o Heer! God is echter op buitengewone wijze begonnen, Jakobs roep te beantwoorden. Jezus verbrak de macht van zonde, dood en dodenrijk (5). Daarmee legde Hij de basis voor zijn optreden in ons eigen leven en voor de komst van zijn Koninkrijk (6). Dat gaat komen. Jesaja zegt: Zie, uw heil komt! (7). Daarom zeggen we met Micha: ... ik zal uitzien naar de HEER, ... mijn God zal mij horen! (8).
|
Uit de Bijbel:
(1) Genesis 49:18. Op uw heil wacht ik, o HEER!
(2) Genesis 49:1. (3) Genesis 49:17.
(4) Genesis 49:10.
(5) Openbaring 1:17-18. (6) Jesaja 61:11. (7) Jesaja 62:11. (8) Micha 7:7.
|
Reageren? Schrijf in het Gastenboek of stuur een berichtje via de pagina Contact.
Meer onderwerpen ...
Wekelijks een link naar het nieuwe onderwerp toegestuurd krijgen? Klik hier... .
* Gezegend door dit artikel? Geef de zegen door!
Kopieer hier de link en plaats die in je mail(s):
kommm.nl/pages/leven-uit-hem.php
* Of print het artikel uit voor een persoon, groep of je gemeente.
* © COPYRIGHT: Dit artikel overnemen/publiceren in een blad of
ander publiek medium, kan alleen na toestemming van de schrijver
en eigenaar van deze website.
Vraag erom via het berichtenvak onderaan de pagina Contact.