In één keer alles zeggen wat je wilt vertellen, lukt soms niet. Vaak heeft God zoveel meer voor ons. Zoals de vorige maal, toen het erover ging, dat God je optilt. Om ons te brengen op die plaats en tot dat leven, dat Hij voor ons heeft bestemd: leven op de Rots.
Dat is een ander leven. Een leven van steunen op Jezus, van vertrouwen op Hem en alles met Hem delen. Een leven van Hem kennen en door Hem gekend zijn (1). Van een persoonlijke omgang met Hem en van achter de dingen Hém zien. Van het in alles zijn verlangen naar jezelf ontdekken. Dit hebben we nodig, want ‘de dagen zijn kwaad’ (2). En wórden moeilijker!
Daarom raadt Paulus ons dringend aan om te ‘wandelen als wijzen’ (2). Als mensen dus die in alles op Jezus gericht zijn en voor wie Hij de eerste in hun leven is. ‘Daarom,’ zegt hij er ten overvloede achteraan, tracht te verstaan (te onderscheiden) wat de wil van de Heer is (2).
Een ander ‘zijn’
Door daarop gericht te zijn, zullen we eerder zien hoe met moeilijke dingen in ons leven om te gaan. En hoe God daardoorheen een werk in ons doet, ons naar zich toetrekt en ons verankert in Jezus.
Dan gaan we zijn leiding in ons leven ontdekken en leren daarop te vertrouwen. En we worden als Hij. We leren zelfs lijden te verdragen, zoals Hij deed. We stoppen ermee, elkaar het kwade toe te rekenen, en vergeven elkaar (3). We hebben ruimte voor elkaar, zoals wíj ruimte vinden bij Hem. Zo’n leven is een ander ‘zijn’. Het is ‘eeuwig leven’, ontvangen door geloof in Jezus (4).
In die dingen wordt dat leven in ons zichtbaar en is te zien dat we ons aan Hem hebben overgegeven. Dat we ons door Hem willen láten veranderen en op Hem willen lijken.
De uitkomst van zijn plan
Wel moeten daarvoor twee dingen in ons overwonnen worden: onze oude natuur en de besmetting van de wereld. Maar wanneer we alles prijsgeven wat ons wil vasthouden (5), worden we vrij en laat Jezus ons nu al opstaan in dat nieuwe, eeuwige leven (6). Vanuit de enorme kracht van zijn offer en opstanding.
Die brengt ons in evenwicht. En maakt ons bereid om - met Hem mee - overal doorheen te gaan, waar doorheen Hij ons leidt. Totdat Hij ons tenslotte door diezelfde enorme kracht van zijn dood en opstanding ook lichamelijk met Hem mee laat opstaan uit de doden. Wanneer Hij ons komt roepen! (7)
Een eindeloos grote triomf en vreugde zal dat zijn! De prijs die God uitreikt aan ieder die alles achter zich heeft gelaten om Jezus te volgen en Hem toe te behoren (8). De uitkomst van zijn plan, dat wie staat op de Rots, in glorie zal staan voor zijn troon! (9)
Print hier uit ...
|
Uit de Bijbel:
(1) Galaten 4:9.
Nu jullie echter God hebben leren kennen, ja, meer nog, door God gekend zijn, ...
(2) Efeziërs 5:15-17.
Ziet dus nauwlettend toe, hoe jullie wandelen, niet als onwijzen, doch als wijzen, ..., want de dagen zijn kwaad ... tracht te verstaan wat de wil van de Heer is.
(3) Kolossenzen 3:13.
Verdraagt elkander en vergeeft elkander, indien de één tegen de ander een grief heeft. Zoals ook de Heer jullie vergeven heeft, doen jullie net zo.
(4) Johannes 3:36.
Wie in de Zoon gelooft, heeft eeuwig leven, ...
(5) Filippenzen 3:8.
... ik acht zelfs alles schade, ... Om zijnentwil heb ik dit alles prijsgegeven ... opdat ik Christus mag winnen.
(6) Romeinen 6:4.
Wij zijn dan met Hem begraven door de doop in de dood, opdat, zoals Christus uit de doden opgewekt is ..., zo ook wij in nieuwheid van leven zouden wandelen.
(7) Filippenzen 3:10-11.
(Dit alles) om Hem te kennen en de kracht van zijn opstanding en de gemeenschap aan zijn lijden, of ik, aan zijn dood gelijkvormig wordende, zou mogen komen tot de opstanding uit de doden.
(8) Filippenzen 3:14.
... vergetende hetgeen achter mij ligt en mij uitstrekkende naar hetgeen vóór mij ligt, jaag ik naar het doel, om de prijs van de roeping van God (= de prijs van het door God geroepen worden om uit het graf op te staan - AvdS) ...
(9) Openbaring 7:9.
... een grote schare, die niemand tellen kon, uit alle volk en stammen en natiën en talen stonden voor de troon en voor het Lam, bekleed met witte gewaden (= volmaakt rein en heilig - AvdS) en met palmtakken in hun handen (= in grote, hemelse vreugde - AvdS).
|